De Loge Le Véritable Zèle werd als tweede loge van het land opgericht in oktober 1735 en stond in het begin onder de leiding van Louis Dragan, een lakenhandelaar in het Haagse. De loge werd bevolkt door mannen van verschillende pluimage, sommigen met een hugenoten (en Franstalige) achtergrond, anderen duidelijk meer Hollands. Vanaf het begin is de Hollandse taal als voertaal gebruikt. De loge bleef actief tot het einde van de 18e eeuw en werd toen inactief na een roerige periode in de Nederlanden door de gevolgen van de Bataafse omwenteling in 1795. Een aantal loges wilde toen niet meer aan zijn verplichtingen zoals afdracht van gelden en het insturen van ledenlijsten voldoen. Die tijd was door de politieke controverse tussen de nieuwe gezaghebbers en de oude garde, sterk getekend.

Op 21 juni 1980 werd door de grootloge aan Le Véritable Zèle opnieuw een maçonnieke basis (de zogenaamde constitutiebrief) verleend; daarmee kon de loge voor een tweede maal in het bestaan aan het werk gaan. Het verleende volgnummer van de loge werd niet 2 maar 271. Als vereniging naar burgerlijk recht is de loge ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en heeft op basis van een beschikking van de belastingdienst status als Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI).

Bij de heroprichting in 1980 is door de oprichters deze handgemaakte bijenkorf geschonken aan de Grootmeester alvorens deze de loge officieel kon installeren. Aan de onderzijde waren munten bevestigd ter waarde van de schuld die in 1797 open was blijven staan. De bijenkorf met de munten wordt tegenwoordig bewaard in het Cultureel Maçonniek Centrum Prins Frederik.

 

Er is een grote diversiteit in de maatschappelijke achtergronden van de leden. Samen zijn zij een vitale loge en zorgen daarmee voor dynamiek. De mens staat centraal en zijn ontwikkeling is daar een belangrijk punt. Daarom is er de verwachting dat leden verschillende functies doorlopen om op die manier te leren door te ervaren. Broederschap staat hoog in het vaandel en dat gaat verder dan elkaar de hand schudden. Het gaat om oprecht betrokken zijn en samen werken aan de betere ‘ik’. Daarmee wordt ook gevolg gegeven aan de slotzin van elke bijeenkomst waarbij de voorzitter de aanwezigen weg zendt met de woorden: Gaat heen naar het westen (d.i. de buitenwereld) en doet u daar kennen als vrijmetselaar. Daarmee is er steeds verbinding tussen de loge als besloten gemeenschap en de wereld daarbuiten.

De loge koos zich als embleem de bijenkorf: de typische symbolen van harmonie, werkzaamheid (ook ijver) en eendracht. In de naam van de loge ligt dit besloten: De ware ijver! Op het insigne (aan een rood lint) en zegel (in rode lak) van de loge staat de bijenkorf afgebeeld.